Patrijs in Horst aan de Maas
Informatie laatst gewijzigd op 09-12-2023
De Patrijs is een vogel van het ouderwetse boerengebied. Vroeger was het een algemene vogels die in akkers, lage ruigtes, overhoekjes en aan de randen van houtwallen te vinden was. Tegenwoordig is het boerenland te intensief en zijn er te weinig insecten voor de kuikens van de Patrijs. De soort is dus nagenoeg verdwenen. Het is een vrij kleine vogel met een rond lichaam.
Het leefgebied bestaat uit halfopen heidegebieden, graslanden, hoogveen en open agrarisch gebied. Ze leven dan met name langs rand- en overgangssituaties, zoals perceelsgrenzen en andere lijnvormige landschapselementen. Van groot belang is dat er voldoende bedekking is. Zowel voor het nest als het grootbrengen van de jongen. De Patrijs houdt van rechte lijnvormige elementen in het landschap.
Voedsel bestaat voornamelijk uit insecten en plantaardig materiaal. Het is nodig voor de jongen dat er insecten aanwezig zijn.
Negatieve effecten op het leefgebied van de patrijs zijn: wegen en veel gebouwen (optiek), connectiviteit (percelen worden te klein) en het afnemen van het aantal insecten. In landbouwgebieden komt dit met name door vergif (bodemverontreiniging).Verder kan het afnemen van het aantal insecten gelinkt worden aan lichtstress, maar er zijn tal van redenen waarom insecten afnemen. Veel geluid in het buitengebied kant verstorend werken. Patrijzen kunnen hooguit aan dorps- of stadsranden verwacht worden, maar ze leven eerder verder in het buitengebied op akkers.
[Bronnen: Vogelbescherming
MEER INFORMATIE OVER de Patrijs Blauwgroenlespakket.nl - Diersoorten
1. Faunabeheer in de praktijk: LINK Faunabeheer in de praktijk
Methodiek achter een gidssoort
De biodiversiteitstresstest is een modelbenadering op basis van algemeen beschikbare data en geeft een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid weer aan de hand van gidssoorten. Gidssoorten zijn kenmerkende diersoorten omdat hun aan- of afwezigheid inzicht geeft in de kwaliteit van het leefgebied, het type leefgebied en andere meer algemene diersoorten die daarin voorkomen. Iedere gidssoort reageert anders op negatieve effecten op hun leefgebied: zogenaamde stressfactoren. De gebruikte stressfactoren zijn lichtintensiteit, geluidsintensiteit, gevoelheid voor beweging (optiek), bodemdroogte en versnippering van leefgebied (connectiviteit).
Op basis van literatuurstudie en kennis van experts zijn de reacties van de gidssoorten op deze stressfactoren gewaardeerd in een GIS-model. De combinatie tussen daadwerkelijke waarnemingen van de gidssoort, aanwezigheid van terreintypen en effecten van de stressfactoren resulteren in een kaartbeeld van geschikt, of minder geschikt leefgebied.
Door de relatie te leggen tussen gidssoorten, algemeen voorkomende soorten en mogelijke maatregelen ziet u wat u zelf kunt doen om het leefgebied te verbeteren.
Werken aan de leefomgeving heeft ook invloed op andere soorten
Andere flora en fauna heeft vaak soortgelijke eisen aan de leefomgeving. Werken aan de leefomgeving heeft daardoor ook een positief effect op andere soorten.